Terug naaar Tijdmachine

1548

Pachters op de Prinsenhoef

De Prinsenhoef in Hulten maakte sinds 1368 deel uit van Stad en Land van Breda en de Heerlijkheid Gilze. Oorspronkelijk werkten er lijfeigenen op de hoeve van Hulten; later werd de hoeve verpacht. Zo komen we onder 1548 de naam Willem Cornelissen van den Corput tegen als pachter. Daarna ging de pacht over op zijn zoon. In 1631 was Bastiaen van den Corput pachter en de oppervlakte van de hoeve was op dat moment 62 bunder. Bij de verpachtingen hoorden tientallen voorwaarden. In een pachtcontract van 1741 bijvoorbeeld staan er 47.
De hoeve werd bij opbod aan de meest biedende verpacht. De huurtermijn duurde steeds 6 jaar. In 1709 was Jacobus Paulussen de pachter op de sheeren hoeve tot Hoilten.
Bepaalde families bleven heel lang als pachter op de hoeve. Zo was de familie Van Hoek pachter in 1896. Zoon Frans van Hoek nam de pacht van zijn vader over. Deze familie werd ook wel de pionier van de ontginners genoemd, omdat ze een van de eerste ontginners waren. Sinds 1997 ligt de boerderij op Tilburgs grondgebied en niet meer op dat van Gilze en Rijen.
De Prinsenhoef is ook in 2015 nog steeds een pachtboerderij van de Domeinen.