Terug naaar Tijdmachine

1416

Turfvaart met twee takken

De inwoners van Rijen hadden rond 1400 voldoende turf (gedroogd veen of moer) voor eigen gebruik. De gezinnen gebruikten het vooral als brandstof. Je had droge en natte turf. In Rijen werd voornamelijk natte turf gestoken en die was van niet zo'n beste kwaliteit. Het veen was in de loop der jaren in de vennen met stilstaand water in het moerassige Rijens Broek ontstaan, door het afsterven van waterplanten en gebrek aan zuurstof. Er vormde zich een dik pakket, dat soms onder en soms boven de waterspiegel stond. Ook al was de kwaliteit ervan niet optimaal, toch moet in 't Rijens Broek veel turf zijn gewonnen. Want volgens een onderzoek van K.A.H.W. Leenders, was er in 1416 ten noorden van Rijen een turfvaart. Die vaart had twee takken die uitkwamen in de Donge. De totale lengte was vijf kilometer, de maximale hoogte zeven meter boven AP en het verval was 1,3 m/km. Deze turfvaart is waarschijnlijk gegraven om als afwatering te dienen. Want voor de weinige inwoners die Rijen en Dongen toen telden, zal geen turfvaart gegraven zijn. Maar het is niet uitgesloten dat via deze vaart ook turf werd vervoerd. Mogelijkerwijs naar steden als Oosterhout, Breda en Geertruidenberg. Die hadden toen al veel brandstof nodig.