Terug naaar Tijdmachine

1418

Thuiswevers winnen geschil

De bestuurders van de stad Breda meenden in de 15e eeuw dat hun stad in de regio het alleenrecht had van de lakennering. Volgens hen mocht daarom nergens in de omliggende dorpen laken geweven en verkocht worden en zeker niet in Breda op de markt worden gebracht. Hierdoor ontstond een geschil tussen de dorpen Alphen, Gilze en Baerle aan de ene kant en de stad Breda aan de andere kant. De hertog en de Raad van Brabant werden om bemiddeling gevraagd. De uitspraak, gedaan in Leuven, was positief voor de drie dorpen en de ingezetenen mochten voortaan voor zichzelf en voor de verkoop weven. Ze moesten er wel een muntstuk per el (accijns) voor betalen. In 1448 ging het weer mis tussen de dorpen en de stad. Nu trad Jan IV van Nassau, Heer van Breda, op als arbiter in het geschil. En weer wonnen de dorpen het van de stad.